Overal om ons heen komen levende organismen voor die niet met het blote oog te zien zijn. Er zijn verschillende soorten micro-organismen zoals bacteriën, schimmels en virussen. Deze micro-organismen komen ook voor in ons menselijk lichaam, bijvoorbeeld in onze darmen en in de mond. De meeste micro-organismen zijn nuttig en helpen om je mond gezond te houden. Sommige micro-organismen zijn betrokken bij de ontwikkeling van tandheelkundige problemen zoals cariës, gingivitis, parodontitis en peri-implantitis.
Om cariës, gingivitis, parodontitis en peri-implantitis te voorkomen, is het van belang om de vorming van tandplaque/biofilm tegen te gaan. Naast een goede mondhygiëne, worden ook spoelmiddelen ingezet om de vorming van plaque tegen te gaan en in uitzonderlijke gevallen kunnen antibiotica worden ingezet. Elk micro-organisme heeft zijn eigen eigenschappen en die eigenschappen bepalen welk middel geschikt is voor de behandeling.
Om tandheelkundige problemen beter te kunnen begrijpen, zal in deze minor dieper worden ingegaan op de vorming van een biofilm/tandplaque en welke rol speeksel hierin speelt. Daarnaast zal, door middel van praktische voorbeelden, inzichtelijk worden gemaakt welke middelen werkzaam zijn tegen welke micro-organismen.